Op twee plekken thuis

Op twee plekken thuis

albertablog-site

Het is de week voor Hemelvaartsdag. ‘Zullen we lekker naar boord gaan?’ vraag ik aan schipper. De kinderen hebben een lang weekend. Dus ik zie het wel zitten. Woensdag inpakken en hup, gaan. Fijn een paar dagen naar boord.

Dat is iets, wat sinds we aan de wal wonen echt als een vakantiehuisje voelt. Het is alweer een hele tijd geleden dat we aan boord waren, dus deze dame heeft er wel zin in. Net als de rest van de dames trouwens!

Maar nee hoor, schipper heeft geen zin. Die wil lekker thuis rommelen. Of nou ja. Niet ín huis. Maar in de tuin. Verven. Snoeien. Opruimen. ‘Maar verven kun je aan boord ook, en opruimen ook’, protesteer ik. Het enige dat aan boord geen optie is, is snoeien. Maar dat hoef ik hem niet uit te leggen natuurlijk. ‘Maar het is zo’n gedoe’, zucht hij aan de andere kant van de telefoon. ‘Wat dan?’ vraag ik. ‘Nou bedden wassen, en als we naar huis gaan weer.’ Klopt, heeft hij helemaal gelijk in. Maar eerlijk is eerlijk, bedden wassen doet de machine en opschudden mag ondergetekende doen. Dus dat argument veeg ik direct van de baan. ‘En wat denk je van de boodschappen? Dat gesjouw, en dan moet je alles weer opruimen.’ Klopt ook. Deze dame doet de boodschappen, hij sjouwt ze aan boord, en vervolgens mag ik ze opruimen. Dus ja... die telt eigenlijk ook niet echt.

‘Dat is toch gezellig, met ons vijfjes even aan boord’, probeer ik nog. ‘Spelletjes doen, beetje uitslapen, beetje rommelen, heerlijk toch?’ Ik zie het wel voor me hoor. Geen probleem. ‘Dat kunnen we thuis toch ook allemaal?’ komt het antwoord vanaf de andere kant. Ik zucht eens diep, eerlijk is eerlijk, hij heeft wel gelijk. Volgens mij ga ik dit rondje niet winnen. ‘Wie had dat nu ooit gedacht, dat jij nog eens liever naar huis kwam, en ik liever naar boord zou gaan’, probeer ik nog eens op z’n gemoed te praten. Dat is ook echt iets wat we een paar jaar geleden niet hadden kunnen bedenken. Maar het helpt niks. Geen doorkomen aan. Hij komt lekker naar huis. Net zo makkelijk. ‘Thuis zijn is toch ook fijn?’ Geen woord aan gelogen. Dat klopt… Maar toch.

‘Oké, oké’, ik begin sputterend toe te geven. ‘Maar dan zijn we de Pinksterdagen wel aan boord.’ Zo, voor wat hoort wat. Klaar. ‘Ja logisch, de meisjes hebben daarna vakantie, toch?’ Ze hebben hier de week na de Pinksterdagen nog fijn een week vrij. Iets waar we echt naar uit kijken. En vakantie betekent naar boord. ‘Nou geregeld, dan zijn we het Hemelvaartsweekend thuis en met de Pinksteren aan boord’, zegt hij. Alsof de Pinksterdagen thuis überhaupt aan bod was. Dat wordt het dan. Toe maar. Dit rondje heb ik toch echt verloren. Al doet hij of ik de Pinksterdagen aan boord cadeau heb gekregen. Ik lach hardop. Nog even geduld, en dan een hele week naar boord. Het is toch wat ingewikkeld dat onze harten soms precies naar de tegenovergestelde richting trekken. Maar wat een rijkdom als je twee plekken hebt die je ‘thuis’ mag noemen.

Auteur

Alberta Paardenkooper-Middendorp

Volg ons lifestyle platform op instagram.