Jouw vragen | Ds. J.C. den Ouden

Het eerste adres voor advies en hulp is God. Je moet niet verwachten dat God directe leiding geeft in de vorm van een stem in je hoofd of door visioenen. God geeft aanwijzingen door middel van Zijn Woord. Psalm 119:105 zegt van het Woord dat het een lamp is voor onze voet en een licht op ons pad. En Psalm 19:8b zegt: „De getuigenis des Heeren is gewis (d.i. betrouwbaar), de eenvoudigen wijsheid gevende. Je hoeft geen bijbelgeleerde te zijn. Maar je moet wel thuis zijn in je Bijbel, wil het een lamp zijn voor je voet. De Bijbel geeft niet een direct antwoord op al je vragen. Je vindt er geen antwoord in als het gaat over het kiezen van een opleiding of het kiezen van een jongen/meisje. Je vindt er wel aanwijzingen in. Gebruik de Bijbel niet als een boek dat je willekeurig open laat vallen bij een bepaalde bladzijde, om daar het antwoord te vinden.

Het eerste is dat de keuzes die je maakt nooit in strijd mogen zijn met Gods wet. Wat is Gods wet? God lief hebben boven alles en je naaste als jezelf. Beslissingen die je neemt, mogen nooit ten koste gaan van liefde tot God en je naaste. Als het gaat over de keuze van een opleiding en beroep, betrek daarin de gave die je gekregen hebt. In Zijn voorzienige leiding geeft God gave, liefde en verstand voor bepaald werk. God geeft talenten en kansen om benut te worden. Vraag je wel af of die kansen je aftrekken van het dienen van de Heere. Dan zijn het verzoekingen voor je. Wees dan voorzichtig.

Je vraagt hoe je advies van vrienden en hulp van deskundigen moet zien in het licht van Psalm 146. Je moet goed lezen wat in de Psalm staat. Het wordt niet verboden om hulp te zoeken bij mensen. Ze mogen echter niet de plaats van God innemen. Je hoogste vertrouwen moet zijn op de Heere. Dat neemt niet weg dat God wel mensen aan je geeft die je kunnen adviseren en helpen. God maakt bijna altijd gebruik van mensen. In de prediking spreekt God niet rechtstreeks tot ons maar via Zijn knechten. Als ik ziek ben, mag ik gebruik maken van medicijnen en dokters. God geeft dat. Ik mag niet bij voorbaat denken dat het zal helpen. Als ik dat doe, stel ik mijn vertrouwen op prinsen. Ik moet beseffen dat ik afhankelijk blijf van de zegen en medewerking van God.

In Spreuken 11:14 staat: „Als er geen wijze raadslagen zijn vervalt het volk, maar de behoudenis is in de veelheid der raadslieden. Zo'n raadgever is Jethro. Hij komt bij Mozes op bezoek en ziet dat zijn schoonzoon het vele werk niet aankan. Hij geeft het advies om 70 helpers aan te stellen. Het zou dwaas zijn geweest wanneer Mozes dit advies in de wind had geslagen. Je moet adviezen van anderen nooit klakkeloos overnemen. Adviezen moet je altijd toetsen. Vraag je af wat je motieven zijn om het advies op te volgen. Is het om er zelf beter van te worden ten koste van anderen? Zo was het bijvoorbeeld bij Rehabeam. Toen hij koning werd, kwam een delegatie vragen om verlaging van de belastingen. Hij raadpleegde de oudsten en zij adviseerden hem gehoor aan de vraag te geven. De jongemannen met wie hij was opgegroeid, adviseerden hem nog zwaardere belastingen op te leggen. Hij volgde het laatste advies op vanuit slechte motieven. Het volk moest krom liggen voor zijn luxe. Hij bracht het land ermee in burgeroorlog. Het liep uit op de splitsing van zijn rijk. Tegelijk zie je in deze geschiedenis dat het opvolgen van het slechte advies een onderdeel was van het grotere plan van God. God had Salomo gezegd dat het rijk uiteen zou vallen vanwege zijn zonde en de afgoderij van het volk. Gods raad zal bestaan en Hij zal al Zijn welbehagen doen.

Laat in al je overwegingen Psalm 86:11 je leidraad zijn. „Leer mij Heere Uw weg; ik zal in Uw waarheid wandelen, verenig mijn hart tot de vreze van (met ontzag voor) Uw Naam.