Rust vanbinnen

Rust vanbinnen

danielle campbell 13

Inmiddels wonen we alweer anderhalve maand in North Kessock. De kinderen vinden het geweldig om over de grote Kessockbrug naar Inverness te rijden. „Ben je al een beetje gewend?” wordt me vaak gevraagd.

Ik ben ontzettend dankbaar voor ons huis. Ik vind het fijner om in een kleiner huis te wonen. De pastorie was zo groot. Dit vind ik gezelliger. Maar makkelijk is het niet.

Voor mijn gevoel ging ik een andere fase van rouwen in. Misschien wel heftiger dan voorheen. De realiteit van het verlies wordt meer een meer ervaren. Hij komt niet meer terug. En dat is te pijnlijk om te geloven. Misschien dat ik onbewust wel veel in een ontkenningsfase zit. Ik weet het niet. In Staffin kon ik doen alsof John boven in zijn studeerkamer zat te studeren of dat hij weg was om ergens anders voor te gaan.

Nu wonen we niet meer in de pastorie. Een nieuw leven lijkt aangebroken te zijn. Een leven zonder John en dat is ontzettend pijnlijk. Dat wil je niet en toch moet het.

De stormen op Skye mis ik hier niet. Ik heb bewondering voor de mensen die op Skye wonen. Dat vraagt echt wel wat van je. Het lijkt wel altijd winter te zijn daar.

Maar ook hier in Inverness is dat behoorlijk het geval. Hier is het misschien weer wat kouder dan op Skye. Ik vind de zomers in Schotland altijd wat moeilijk. Dan mis ik dat lekkere warme weer van Nederland, maar tegelijkertijd besef ik goed dat het hele warme ook slopend kan zijn.

Rust vanbinnen, daar gaat het om. Dan kun je alles hebben. Stormt het hier niet buiten, vanbinnen heeft het vreselijk gestormd.

De ‘Communion Season’ kwam eraan. Hier is er altijd op woensdagavond een prayermeeting; een korte kerkdienst. Tijdens de Communion Season gaan we van donderdag tot maandag naar de kerk. Op donderdag is het dag van verootmoediging. Op vrijdag is het de dag van zelfonderzoek. Op zaterdag de dag van voorbereiding. Op zondag de dag waarop het Heilig Avondmaal bediend wordt. Op maandag is er dankdag. Er zijn heel veel diensten en de dienst op zondagmorgen duurt wel drie uur. Het kan een goede tijd zijn, maar het is ook zeker intensief.

O, wat stormde het vanwege zo veel verschillende zorgen. Het is zo moeilijk te begrijpen dat zo veel mensen hier in Schotland de noodzaak van christelijk onderwijs niet inzien. Soms is er zelfs afkeuring. Dat kan zo ontmoedigen. De kerken zijn zo leeg. Zo veel van de jeugd is de wereld ingegaan, gewend aan de wereld van kleins af aan. Geen wonder… Machteloos kun je je voelen.

En geen John met wie je kunt praten.

Waarom toch, Heere? Nee, je durft het eigenlijk niet hardop te zeggen, maar zo is het wel. En met eerbied gesproken, geloof ik dat de Heere toch in liefde op zijn worstelende kinderen neerziet: „Na dezen zult gij het verstaan…”

Mercy die trots haar eerste plasje op het potje doet. En dan zomaar opeens moet je vechten tegen je tranen. Je had het zo graag met haar papa gedeeld. In plaats van te huilen, prijs je je kind uitbundig en klap je in je handen, maar vanbinnen huilt het. Grote mensen hebben goed geleerd toneel te spelen. Je moet wel.

Je alleen voelen, de weg van de Heere niet begrijpen, opzien tegen dit en dat … Wat kan het je hart in een volkomen donkerheid brengen. En dat was het geval. Slapeloze nachten bracht ik door. Heel wat Nederlandse psalmen kwamen op in mijn hart. „ O, mijn ziel, wat buigt g' u neder? Waartoe zijt g' in mij ontrust? Voed het oud vertrouwen weder.”

Maar het oude vertrouwen leek wel verdwenen te zijn. Hoe kon ik Zijn Naam belijden aan Zijn tafel met zo’n storm in mijn hart? Alles stond op zijn kop.

Totdat de derde nacht aanbrak waarin ik een aantal uren wakker lag. Ik voelde me gevangen in al mijn vragen en twijfels. En toen bad ik:

Voer mij uit mijn gevangenis, Tot roem Uws naams, die heerlijk is; Dat mij 't rechtvaardig volk omring', En vrolijk van Uw weldaân zing'.

Het viel me mee dat ik daarna toch nog wat uren slaap kreeg. De volgende morgen las ik in het dagboek van Spurgeon. ‘Looking unto Jesus’. Wat een zegen, de Heere wilde het gebruiken om de storm te stillen. En toen mocht het zijn: zij zagen niemand dan Jezus alleen. Alle omstandigheden vielen weg. Alles. Zelfs de rouw mocht even naar de achtergrond verdwijnen. Vrede was er. Ook aan zijn tafel. Omringd door Zijn volk, mocht ik inderdaad met de gemeente vrolijk zingen van Zijn weldaan.

Van zondag op maandag droomde ik dat John weer terug was. Het was een vergissing geweest, hij was niet gestorven. Wat was dat fijn! Maar wat deed het realiseren van de werkelijkheid na het wakker worden weer zeer. Dat zere hart is mijn kruis. Laat ik het blijmoedig dragen. Niet in eigen kracht.

Daniëlle Campbell-Vogelaar bleef met haar dochtertjes Grace en Mercy achter, toen haar man, de Schotse dominee John Campbell, na een operatie in 2023 overleed.

Abonneer je op Terdege magazine

Nu slechts 9,95 p/mnd

Terdege-portfolio-nummer-12

Auteur

Daniëlle Campbell-Vogelaar

Volg ons lifestyle platform op instagram.