Ik tik de code in van George, mijn bankapp. Tien euro negenennegentig rood. Zucht. Het bedrag voor de wifi zal er wel vanaf zijn gegaan. Met een paar tikjes van mijn duimen ben ik op een andere website. Biolife Plasmazentrum. Ik heb vandaag nog een uurtje tijd…
Na even wikken en wegen selecteer ik het tijdframe van 12:45 tot 13:45 uur.
,,Wir wünschen Ihnen eine angenehme Spende”, zegt het programma. Nou, bedankt maar weer.
Bij gebrek aan een plekje in het rek zet ik mijn fiets naast het fietsenrek, en draai een paar keer aan het slot. Je bent op het station of je bent op het station. En dan kun je maar beter het zekere voor het onzekere nemen.
Ik prop mijn fietslichten in mijn jaszakken en stap het Plasmazentrum binnen. Hopelijk zit Sabine achter het loket en niet Vicky. Het lijkt haast niet mogelijk, maar Vicky is altijd chagrijnig. En ze vindt altijd wel iets wat niet klopt. Óf ik heb een halfuur te kort geslapen voor een plasmadonatie óf ik heb een glas water te weinig gedronken.
Maar het geluk is met mij. ”Heute schenkt Ihnen Sabine ein Lächeln”, staat er op het bordje. Fijn. Ze vraagt hoe het gaat en we kletsen wat, terwijl ze een paar formulieren voor me uitprint. Ik neem een pen mee en ga zitten aan een van de tafeltjes, die daarvoor zijn bedoeld. Automatisch zet ik de kruisjes. Ja, ik voel me gezond. Nee, ik was niet in de gevangenis sinds de laatste donatie. Nee, ook niet in West-Afrika. Nee, ik ben niet zwanger. Handtekening op de achterkant niet vergeten en let’s go. De pen breng ik weer terug.
Ik loop de lange gang in naar de zaal. Een jongen met om allebei z’n ellebogen een verband komt uit het kamertje van de dokter. Het lampje naast de deur gaat van rood naar groen. ,,Hallo!” groet ik de arts beleefd en leg het formulier op het bureau. ,,Hallo.” Meneer dokter kijkt niet op of op. Ik ga op de weegschaal staan, meet mijn bloeddruk en temperatuur en als alles in orde blijkt te zijn, zet hij zijn handtekening. Verder gaat het naar de grote zaal, waar ik me neervlij op een van de ligstoelen.
Een jonge vrouw die ik nog nooit heb gezien, komt eraan met een soort theewagentje met verband en naalden.
“Je Spendernummer alsjeblieft.”
,,52558”, zeg ik uit mijn hoofd. Het meisje desinfecteert mijn elleboogholte en complimenteert me met mijn mooie aders. Genadeloos steekt ze de dikke naald erin. 40 minuten later, nadat het apparaat blij ,,Ta-da-da” heeft gezegd, ontkoppelt ze het hele zaakje en legt een verbandje aan. Opgelucht loop ik weer naar Sabine, zet een handtekening en stop 40 euro in mijn portemonnee.
Jos, bekend van het vervolgverhaal Jenthe in Terdege, blogt vanuit Oostenrijk.
beeld: Getty Images