Dagelijkse geldzorgen, een ernstige ziekte, een plotseling verlies: elk huis heeft zijn kruis. Of je nu oudste, jongste of middelste bent, van de moeilijkheden thuis krijg je iets mee. Maar wanneer trekken zorgen een blijvende wissel in je leven? Wanneer gaat een kind ze meetorsen in zijn eigen rugzak? En vooral: is dat te voorkomen?
Soms kan het je zomaar opvallen, terwijl je naar een klassenfoto kijkt. Al die verschillende kinderen, in diezelfde klas. Al die verschillende levens, met elk een ander thuis. En dan vraag je je af, wat zo’n thuis nou met iemand doet.
Het maakt nogal verschil, of je opgroeit in een gezin met gezonde broers en zussen, of dat een van hen meervoudig gehandicapt is. In dat geval ga je misschien al jong zorgen en moet je het soms met minder aandacht doen.
Het maakt ook nogal uit of je beide ouders mentaal gezond zijn of niet. Kampt je moeder met een depressie, dan kun je niet altijd op haar leunen. Dan moet je soms zelfstandiger zijn dan past bij je leeftijd. Wanneer kun je dat als kind met je veerkracht opvangen en wanneer leidt zo’n situatie tot levenslange littekens?
Opstapeling
„Als er zorgen in een gezin zijn, dan gaat dat een kind niet voorbij”, zegt Pauline van der Linden. Zij is als jeugdhulpverlener werkzaam bij Agathos, onderdeel van Lelie zorggroep. „Heel vaak hoor je dat kinderen veel aankunnen, zolang ze maar liefde ervaren. Enerzijds is dat een enorme waarheid. Want een kind dat zich geliefd weet, heeft veel veerkracht. Anderzijds vind ik de uitspraak te kort door de bocht. Want ook de emotionele beschikbaarheid van ouders is een belangrijke factor. Is er een ouder die ziet wat de situatie met het kind doet en kan die daar passend op reageren? Als ouders zelf geen emotionele ruimte over hebben voor hun kind, en als een moeilijke situatie langer duurt, kan dat negatieve gevolgen hebben voor de ontwikkeling van een kind.”
Lees het hele artikel in Terdege (nr. 4, 19 november 2024). Een los nummer is te bestellen in onze shop.
beeld: Marthe Kok-Roukens