Henk Bor: Ik heb geleerd me eenvoudig aan het Woord te houden

Henk Bor: Ik heb geleerd me eenvoudig aan het Woord te houden

Bor-TERD_N7A9642_preview

Hoe bereik je ongelovige medelanders met het Evangelie? Door zijn jongste boek biedt evangelist Henk Bor handvatten om een brug te slaan naar de ander en van daaruit naar het Woord van God.

Onlangs vierde hij zijn 79e verjaardag, maar ondanks zijn gevorderde leeftijd en gezondheidsproblemen kan Henk Bor het evangeliseren niet laten. Ook in het appartementencomplex waar hij woont, spreekt hij mensen aan. „Een-op-eengesprekken heb ik altijd het mooist gevonden.”

In de achterliggende decennia zag hij de aandacht voor evangelisatie sterk toenemen. „Dat is en zegen, want de secularisatie is enorm. Dat laat ons gelukkig niet onberoerd. Door lezingen en boekjes probeer ik mensen toe te rusten. Een paar jaar terug werd ik gebeld door iemand van de gereformeerde gemeente in Nederland van Oud-Vossemeer, met de vraag of ik instructie kon komen geven. Ze wilden gaan evangeliseren. De hele gemeente zat er, jong en oud. Het was een avond om nooit te vergeten.”

Mensen die zich afvragen of ze wel kunnen evangeliseren, omdat ze zelf geen heilszekerheid hebben, adviseert hij goed van God te spreken. „Daar rust altijd zegen op, ook voor jezelf.” Nieuwkomers in het evangelisatiewerk zitten vaak met de vraag hoe het gesprek te beginnen. Met het oog op hen schreef hij ”Bruggen slaan”. Leerzame Bijbelgedeelten verbindt hij daarin met ervaringen uit zijn eigen loopbaan. „Zo doe ik het ook in mijn preken. Uitleg van de Schrift afwisselen met illustratieve verhaaltjes.”

Net leven

Een standaardrecept is er niet, benadrukt Bor. „Elk mens en elke situaties is anders. Belangrijk is dat de ander aanvoelt dat je echt geïnteresseerd bent. Toen we hier net woonden, werden we geregeld aangesproken door medebewoners van dit complex. Vaak kreeg ik de vraag: „Wat doet u voor werk?” Dan was mijn antwoord: „Ik was jarenlang evangelist in Gent en ben nu rondreizend prediker. Gelooft u ook in God?” Vaak krijg je dan te horen: „Nou, nee, daar heb ik geen behoefte aan. Ik leid een net leven.”

„Dat begrijp ik”, zeg ik dan, „maar het probleem is dat God er anders tegenaan kijkt. Die kent ook al uw gedachten. Die zou u toch niet graag geprojecteerd zien op uw voorhoofd?” Zo ontstaat vaak een uitvoeriger gesprek.”

Het leidde ertoe dat een aantal buren ging bijhouden waar hij preekt en soms digitaal meeluistert. „Mijn vrouw is nog resoluter dan ik. Die begint meteen over het ene nodige, op een ontwapenende manier. Dan kun je veel zeggen. Eerst de brug slaan naar die ander, vervolgens naar het Woord.”

Waarheid

Ondanks het sociale verschil tussen de volksbuurt in Gent en de gegoede wijk waar hij nu woont, ervaart hij in essentie geen onderscheid. „Niemand heeft vanuit zichzelf behoefte aan God.”

Opvallend in Jezus’ benadering van mensen is voor Bor de combinatie van vriendelijkheid, bewogenheid en eerlijkheid. „Hij stoot vrij snel door naar het echte probleem in hun leven. Heel duidelijk zie je dat in het gesprek met de Samaritaanse vrouw. Na wat algemene vragen komt hij bij de noodzaak van levend water en ontdekt hij die vrouw aan haar zonde. In Gent spraken mensen graag over het verschil tussen rooms en protestants. Daar maakte ik zo snel mogelijk een eind aan door op mijn Bijbel te wijzen. „Wij hebben de waarheid niet en jullie evenmin. Dít is de waarheid, de brief die God Zelf aan ons heeft geschreven. Dáár moeten we het over hebben.”

Ook aan de overspelige vrouw die op heterdaad was gegrepen, besteedde hij een hoofdstuk. „Ontroerend in die geschiedenis vind ik dat ze bij Jezus blijft staan als alle anderen vertrekken. Ze geeft zich aan Hem over en krijgt tot haar verwondering te horen: „Heeft niemand u veroordeeld? Zo oordeel Ik u ook niet; ga heen en zondig niet meer.” De volgende dag zullen er wel weer klanten voor haar deur hebben gestaan, maar ze heeft ze weggestuurd. Dat gebeurt als Jezus met kracht in je leven heeft gesproken.”

Areopagus

In het optreden van Paulus, aan wie hij verschillende hoofdstukken wijdde, ziet Bor dezelfde trekken. „Hij houdt rekening met zijn publiek. Dat is op de Areopagus anders dan in de gevangenis van Filippi, maar zijn boodschap is overal gelijk. We hebben redding nodig. Zo kunnen we God niet ontmoeten. Maar wie met zijn schuld tot Christus vlucht, is gered. Zo eenvoudig is het Evangelie. Lees de gelijkenis van de farizeeër en de tollenaar. Luister naar wat Paulus tegen de stokbewaarder zegt. Die twee kanten van Gods Woord moeten we in het evangelisatiewerk helder naar voren brengen: schuld en genade.”

De geschiedenis van Paulus op de Areopagus toont voor de evangelist dat een christen op alle mogelijke plekken het Woord van God kan uitdragen. „Ooit ben ik gevraagd te spreken bij een crematie. Dat heb ik toen niet gedaan. Nu zou ik het wel doen. Ik promoot daarmee geen crematie, maar ik kom om mensen iets mee te geven vanuit Gods Woord. Vragen ze me in een café, dan ga ik ook.”

Geen discussie

Opvallend vindt Bor dat Paulus zich niet liet verleiden tot discussies. „Dat is vooral in een gesprek met intellectuele mensen een verleiding, maar je komt er geen stap verder mee. De kern van de Bijbelse boodschap laat zich niet logisch verklaren. Ik heb geleerd me eenvoudig aan het Woord te houden. Dit is wat God Zelf zegt en hierin lees je wie Hij is.”

De snelheid waarmee Paulus zijn gehoor op de Areopagus en later Felix confronteerde met het toekomende oordeel, verklaart de evangelist uit Barendrecht uit de situatie. „Paulus wist niet of hij de kans nog een keer zou krijgen. Probeer bij ontmoetingen die waarschijnlijk eenmalig zijn in ieder geval een tekst door te geven waarin de kern van de Bijbelse boodschap is vervat. Een valkuil bij evangelisatie is dat we de confrontatie mijden om het gezellig te houden.”

Door zijn werk ging hij anders naar mensen kijken. „Ik ben opgegroeid in het christelijke gereformeerde kerkje van Ameide. Daar heb ik veel meegekregen, maar je had wel het gevoel: wij zijn het. Als je hoorde dat iemand in de hervormde gemeente tot bekering was gekomen en kort erna getuigend was gestorven, had je daar je vragen bij.”

Woesteling

In België dacht hij er nog weleens aan terug. „Daar heb ik mensen tot verandering zien komen op een wijze die niet in onze schema’s past. Een van hen was Pierre, een man die in het vreemdelingenlegioen een ernstig trauma had opgelopen. Hij kon enorm tieren. Op een gegeven moment strandde zijn huwelijk en belandde hij op straat.

Op een dag kwam een vriend van me bij ons spreken. Bij het parkeren liet hij de autosleutels in een rioolput vallen. We zijn met elkaar aan het graven geslagen, zonder resultaat. Ineens kwam Pierre eraan. Hij vroeg wat we deden en informeerde of we al hadden gebeden. Dat konden we niet beamen. „Zijn jullie nou mannen Gods”, zei Pierre. „Haal een stok met wat spijkers eraan.” Nadat die stok was gehaald, zette hij zijn pet af en begon minutenlang te bidden. Daarna stak hij de stok in de put, één keer. Dat was voldoende. Aan een van de spijkers hing de sleutelbos.

Tijdens de diensten liepen de tranen soms over zijn wangen. Even later kon hij weer verschrikkelijk tekeergaan. Niet zo lang terug hoorde ik dat hij was overleden. Zittend op de rand van mijn bed zag ik hem voor me. „Heere, waar is zo’n jongen nou”, bad ik. Op hetzelfde moment ontving ik met kracht de woorden: „In het huis van Mijn Vader zijn vele woningen.” Ik kreeg te geloven dat die woesteling boven is. Iedereen had hem afgeschreven. God niet.”

”Bruggen slaan. Hoe bereik ik de ander met het Evangelie?” door H. Bor; uitg. Den Hertog; 125 blz.; € 14,50.

Dit artikel verscheen in Terdege magazine (nr. 9, 28 januari 2025). Een los nummer is te bestellen in onze shop.

beeld: Sjaak Verboom

Abonneer je op Terdege magazine

Nu slechts 9,95 p/mnd

Terdege-portfolio-nummer-12

Auteur

Huib de Vries

Volg ons lifestyle platform op instagram.