De buitenkant van het houten huisje waar Helene met haar achtjarige dochter Victoria woont, verraadt nog niets van de kleurrijke binnenkant. Maar eenmaal over de drempel van de bijkeuken is het gelijk duidelijk: hier wonen geen doorsneebewoners. Oranje fleurt de muren op, en donkerpaars de vloer. Nog een deurtje verder, en je staat in de kleine, gezellige keuken. De kastjes zijn er roze, de fluitketel en gietijzeren pan paars, de muren en het plafond oranje en het servies deels groen. De stijlvolle woonkamer grossiert in dezelfde kleuren. Een van de muren heeft een opvallende groene schouw. De wand ernaast is behangen met gebloemd Eijffingerbehang. Helene van de Pol, paarse bril, paars shirt en groen met roze rok: „Ik ben gek op kleur.” Waarom juist die kleuren? „Ik vind groen altijd mooi en rustig, het jaar rond. Oranje vind ik lekker vrolijk en retro. En roze en paars vind ik gewoon een heerlijke combinatie. In mijn ouderlijk huis was ook altijd veel kleur. Ik kreeg met de paplepel ingegoten hoe je van weinig iets leuks kan maken. Daar ben ik nog altijd dankbaar voor.” De slaapkamer van haar dochter is al net zo kleurig als de rest van het huis. Daar spant roze de kroon: een roze bed, rozig behang op de muren. „Victoria houdt ook van kleur. Wat wil je met zo’n moeder.” Spannend vindt ze het niet, om verrassende kleurencombinaties te maken, of om bijvoorbeeld een plafond oranje te verven. „Als je dichtbij jezelf blijft, zijn dingen niet spannend. Ik denk dat er maar weinig mensen zijn die dat geleerd hebben en weten wat ze zelf mooi vinden. Ook mijn dochter wil ik graag leren zichzelf te zijn.” ## Levensstijl De meeste spullen koopt ze tweedehands. Dat is voor haar een manier van leven. „Ik maak heel bewuste keuzes. Niet alleen omdat ik het geld niet heb voor dure spullen, maar ook omdat ik vind dat we zo horen te leven. Ik ben ooit in India geweest en heb toen veel armoede gezien. Moeten wij dan hier per se het duurste van het duurste hebben om gelukkig te zijn?” Haar kleren en die van haar dochter kiest ze zorgvuldig uit via platforms als Vinted. „Daar bezuinig ik heel veel mee. Ik doe dit overigens niet alleen vanwege het geld, maar ook omdat ik moeite heb met de kledingindustrie en de hoeveelheid kleding die weggegooid wordt.” Ook haar tuin beplant ze vooral met zaadjes die ze uit de planten van vorig jaar heeft geoogst. Zo’n levensstijl kost veel tijd, zegt ze, maar geeft ook veel voldoening. „Ik zou niet anders meer willen.” In haar interieur is het meeste eveneens tweedehands. De stoelen, de tafels, de kastjes. Het bed van Victoria werd in Helene’s ouderlijk huis al gebruikt. De schouw was gratis af te halen op Marktplaats, werd op maat gemaakt door een neef en schilderde ze zelf groen. De hippe oranje servieskast is een opgeknapt meubel van Marktplaats. De inhoud is weer een mix van oud en nieuw: vintage kommen uit de jaren zeventig, die ze op een rommelmarkt heeft gevonden en nieuw servies. „Ik houd ervan oude en nieuwe dingen te combineren.” ## Eksterogen Zo te leven is inmiddels een sport geworden. Ze is gek op rommelmarkten en weet er uitstekend haar weg. „Dan scan ik alleen op de kleuren oranje, groen, paars en roze. Mijn dochter zegt altijd dat ik eksterogen heb, omdat ik vaak meteen zie of er iets bij zit wat ik wil hebben. Zelf weet Victoria inmiddels ook hoe ze moet „schatzoeken”, zoals we dat noemen. ze heeft haar eigen portemonneetje mee en leert zo al jong met geld omgaan, keuzes maken en zelfs onderhandelen. Zo kocht ze zelf twee mooie, oude, oranje retrokussen voor maar twee euro.” De paarse vloer in haar huis is geen hippe nieuwe aankoop, maar het resultaat van noeste arbeid. „We wonen hier nu drie jaar en ik wilde dolgraag een nieuwe vloer. Maar dat is duur. Dus ben ik naar verfspecialist Anne Westenbroek in Elspeet gegaan. Ik heb uitgelegd dat ik een grijze laminaatvloer heb in de woonkamer, plavuizen in de keuken en een betonvloer in de bijkeuken. Of ik die misschien allemaal kon verven, liefst in het donkerpaars? Dat kon, zei ze. Ze heeft een supergoede primer voor me op kleur gemengd. Die heb ik eerst op de vloeren aangebracht. Daarna heb ik er Sikkensverf op terpentinebasis overheen gedaan en drie dagen bij mijn ouders geslapen om het te laten uitharden en de stank te laten verdwijnen.” Met een lach: „Nu heb ik een nieuwe vloer.” :::photo_gallery 1::: Nou ja, nieuw. Ze loopt naar de hoek van de kamer, waar bij de juiste lichtinval putjes in de vloer te zien zijn. „Voorheen werd dit huis aan anderen verhuurd, die hier een dartbord hadden staan. Wie heeft er nu een dartbord in de kamer?” Overigens is niet alles tweedehands. Haar roze bank is nieuw en staat nog maar sinds kort te pronken in de woonkamer. De roze vaas op een kastje in haar woonkamer komt van de Intratuin, evenals de paarse pan en een deel van het servies. „Doordat ik zelf de styling en inkoop doe van de afdeling ”Aan de dis” bij Intratuin Barneveld zie ik de mooiste spullen.” Lachend: „Daar kan ik echt hebberig van worden. Neem nou het servies van Deense merken zoals Rice en Bungalow, dat vind ik echt prachtig. Ik heb een zwak voor servies.” Ook belangrijk voor haar: goede verf. Liever verf van Little Green of Farrow & Ball, waarmee ze een tijd vooruit kan, dan kwalitatief mindere verf. „Maar dat kan dus ook, doordat ik op andere vlakken bezuinig.” ## Stiltegebied Wat haar misschien nog wel het meeste trekt aan haar huisje, is de locatie. Om haar heen liggen de weilanden. Je hoort vogels fluiten, en het geluid van een trekker op het land. Verder is het stil. „Het is hier een officieel stiltegebied. De vorige huurders bleven vaak niet lang. Sommigen vonden het hier te rustig. Maar daar heb ik geen last van. Ik ben dit gewend, ik ben buitenaf opgegroeid.” Nu staat haar tuin nog niet in bloei. Maar straks heeft ze haar eigen kleine idylle voor de deur. De eerste lentezonnestralen vallen al naar binnen en verwarmen het kasje dat in de tuin staat. „In het voorjaar en de zomer leven we vooral buiten, Victoria en ik. We doen de deuren open en beginnen de dag met een ontbijtje buiten. Heerlijk.” :::author_streamer 1::: Het zijn die kleine dingen die haar gelukkig maken. Een croissantje op een mooi bord, met jam in een leuk oud kommetje. Een mooi tafelkleed eronder, en klaar. „Dan ziet het er meteen superlekker en gezellig uit.” Soms idealiseren mensen haar levensstijl. Dat vindt ze niet helemaal terecht. „Ik heb zelf de keuze gemaakt om klein te leven, op een plek buitenaf, met weinig nieuwe spullen. Dat zou iedereen kunnen doen. Maar je moet dat wel zien zitten. Want het kost veel tijd en werk om zo te leven. Die paarse vloer bijvoorbeeld, daar heb ik wel drie dagen voor op mijn knieën zitten verven. En ook in deze tuin en de kas gaat best veel werk zitten.” ## Tipitent Of er nog nieuwe projecten zijn waarover ze zich wil buigen? „Er valt altijd genoeg te doen. Ik verf deuren en muren regelmatig bij. Ik heb altijd een kwasten en verf voor het grijpen liggen om plekjes bij te werken. Hier wonen is niet alleen maar romantisch, het is een bewerkelijk plekje.” Ooit wil ze de badkamer vernieuwen. Maar dat heeft geen haast. „Ik vind dat een huis niet perfect hoeft te zijn. Het is vooral bedoeld om te leven.” Ze loopt haar tuin in, en laat zien waar alles staat. De tipitent van gesnoeide wilgentakken, waar ze lathyrus tegenaan laat groeien zodat haar dochter een leuke plek heeft om te lezen en te spelen. De trampoline, waaromheen ze diezelfde dikke wilgentakken heeft gezet waar straks weer blauwe bessen omheen groeien. „Kijk, de wilgentakken zijn in blad gekomen. Dat had ik nooit verwacht, want ik heb ze stevig aan elkaar geschroefd.” Haar moestuintje staat achter in de tuin. Daar teelt ze haar eigen groenten. In de kas geurt het heerlijk naar bloemen en staan bakken vol kruiden. „Victoria en ik gaan bijna elke dag lekker op blote voeten naar buiten. Dat gaat ze met takken spelen. Of we planten samen zaadjes, schoffelen de moestuin of verzorgen de bloemen.” Het is misschien niet groot, hun plekje, maar voor hen precies goed. „Ik mis het niet om luxe te hebben. Ik heb dat wel ooit gehad, maar toen was ik te druk om te genieten van de kleine dingen. Zo gejaagd wil ik niet meer leven. Ik ben juist dankbaar voor wat ik nu heb. Laat mij maar fijn hier wonen, dichtbij familie en in alle rust.” :::kader 1:::