”From the river to the sea - Palestine will be free!” Een grote groep mensen nadert ons al schreeuwend vanuit een van de straten in het centrum van Graz.
Een rilling loopt over mijn rug. Een politieagent die het verkeer regelt, gebaart ons van onze fietsen af te stappen. Valentina, John en ik, die na de kerkdienst op de fiets onderweg naar huis zijn, blijven voor de kruising bij Bahnhof Graz staan en wachten met stijgende onrust tot de man ons laat oversteken.
Er rijdt een wagen voorbij, getrokken door een auto. De kleine kar is behangen met spandoeken. ”End the Palestinian holocaust” en ”Stop doing what Hitler did to you”, lees ik als hij voorbijrijdt. Van dat wagentje komt ook het geluid dat ons al een kwartier lang vanuit de verte kippenvel bezorgt. Een man met een gigantische luidspreker schreeuwt op agressieve toon leuzen naar de menigte die achter het vervoermiddel aanloopt. ”Free, free Palestine! Lass die Kinder Kinder sein!”
Voor ons trekt een enorme mensenmassa voorbij, die de pro-Palestijnse slogans herhaalt. Velen zwaaien met zware, Palestijnse vlaggen, anderen dragen spandoeken. Naast me staan John en Valentina eveneens verbouwereerd te kijken. We komen net uit de kerk, waar de brief aan de Thessalonicenzen momenteel het thema is van de preken. De inwoners van Thessalonica worden door Paulus geprezen voor de manier waarop zij het Woord aannemen, en bemoedigd te volharden in het geloof in een wereld die zich tegen Jezus verzet. Het contrast met deze boodschap kan nauwelijks groter zijn en toch bevestigt dat wat we nu zien, wat we net hoorden.
´Heftig hé´, zegt Valentina. ´Deze mensen zijn zo duidelijk tegen het volk van God! En daarmee tegen God zelf!´
´Jammer, dat ik mijn Israëlische vlag thuis heb laten liggen´, merkt John op.
Ik schrik als er een collega van mijn bijbaan langsloopt met een Palestijnse vlag. Abdullah komt uit Syrië en woont sinds 9 jaar met zijn moeder en broer in Oostenrijk. Zijn vader is aan kanker gestorven. ‘Ook door de oorlog’, vertelde hij mij ooit. ‘Hij kon niet de medische hulp krijgen die hij nodig had.’ Ik vraag me af of ik naar hem zal zwaaien.
‘Ik wil niet racistisch zijn, maar dit zijn wel vooral buitenlanders, toch?’ vraagt John. Ik moet denken aan een gesprek dat ik afgelopen weekend had met mijn ouders. Papa, die een nieuwsjunk is, vertelde dat hem opviel dat de meeste kranten hier overwegend pro-Israel berichten, evenals de Oostenrijkers zelf. De Tweede Wereldoorlog heeft een slecht geweten achtergelaten. In de grote steden echter, waar het percentage aan immigranten toch wat hoger is, zijn er blijkbaar toch genoeg mensen vóór Palestina, om wekelijks te demonstreren.
In elk geval weten mijn vrienden en ik na deze zondagochtend weer wat wij hoe dan ook zeker kunnen doen: Ons -om Paulus nogmaals te citeren- altijd verblijden, bidden zonder ophouden, God in alles danken, alle dingen beproeven en het goede behouden.
Jos, bekend van het vervolgverhaal Jenthe in Terdege, blogt vanuit Oostenrijk.